Wordt de erfenis van de vader overgedragen aan degene die zijn vader opzettelijk heeft vermoord?

Antwoord

Beste broeder,

(…)

De volgende zaken vormen een hindernis voor de erfenis:

Iemand die zijn erflater heeft vermoord, wordt beschuldigd van moord om zo snel mogelijk aan zijn vermogen te komen. Alle stromingen zijn het erover eens dat iemand die een familielid heeft vermoord, geen deel van de erfenis mag ontvangen. Echter, welke soorten moord een erfscherming vormen, is een punt van verschil tussen de verschillende stromingen. In de hadith staat;

D

De hadissen zijn hiervan het bewijs. De reden hiervoor is dat de band van voogdij tussen een moslim en een niet-moslim verbroken is.

Volgens deze regel geldt bijvoorbeeld dat er geen erfopvolging plaatsvindt tussen een moslimman en zijn niet-islamitische vrouw, en aangezien de kinderen die uit deze relatie voortkomen, als moslim worden beschouwd, zal er ook geen erfopvolging plaatsvinden tussen hen en hun niet-islamitische moeder.

Maar Muaz ibn Jabel en Muawiya, en van de Tabi’un Mesruk ibn al-Ajd’a, Sa’id ibn al-Musayyab, Ibrahim an-Naha’i en enkele andere geleerden zijn het hiermee oneens. Volgens hen kan een moslim wel een ongelovige erfenis nalaten, maar een ongelovige kan geen moslim erfenis nalaten. Hun argument is gebaseerd op de algemene betekenis van de volgende hadiths:

Er is ook een voorbeeld uit de tijd van de Sahaba (gezellen van de Profeet) dat hiermee te maken heeft. Toen een Jood overleed, liet hij twee zonen na, een Jood en een moslim. Toen de Joodse zoon het hele erfdeel wilde hebben, ging de moslimzoon naar de rechtbank om zijn recht te eisen. Muaz ibn Jabal (overleden 18/639), die de zaak behandelde, maakte de moslim tot erfgenaam van de Jood.

Volgens degenen die deze mening onderschrijven, kan een moslim de erfenis van zijn niet-islamitische ouders ontvangen.

Anderzijds kunnen niet-moslims elkaar als erfgenaam erkennen. Omdat de ongelovigen als één natie worden beschouwd.

De algemene betekenis van de koranvers omvat alle niet-islamitische mensen.

Deze vergelijking wordt ook in de koran gebruikt. Alleen de Maliki’s…

Iemand die de islam verlaat, wordt een „murtad“ genoemd. Omdat een murtad geestelijk als overleden wordt beschouwd, kan hij geen erfgenaam zijn, noch van een moslim, noch van een ongelovige. Er bestaan echter verschillende meningen over de overdracht van het erfdeel van een murtad aan anderen.

Volgens de Shafi’itische, Maliki’tische en Hanbali’tische stromingen kan een afvallige geen erfgenaam zijn en kan hij ook geen erfgenaam hebben, net als een oorspronkelijke ongelovige. Al zijn bezittingen worden als fey‘-inkomsten voor de beyt al-mal (islamitische schatkist) geregistreerd. Omdat hij door zijn afvalligheid een oorlog tegen de islamitische gemeenschap heeft verklaard, moeten de regels die voor de bezittingen van een vijand gelden, ook op hem van toepassing zijn. Deze regels worden echter pas toegepast als de afvallige sterft in zijn afvalligheid. Zolang hij leeft, worden zijn bezittingen in bewaring gehouden. Als hij terugkeert tot de islam, worden zijn bezittingen aan hem teruggegeven.

Moslims zijn erfgenaam van elkaar, ongeacht welke staat ze onderworpen zijn. Het feit dat moslims onderworpen zijn aan verschillende staten vormt geen belemmering voor erfenis. Een moslim in Turkije kan bijvoorbeeld erfgenaam zijn van een verwant in Egypte. Dar al-Islam wordt immers beschouwd als één vaderland voor moslims. Het feit dat ongelovigen later de macht over Dar al-Islam veroveren en er verschillende systemen en regimes ontstaan, of dat de verbinding verbroken is, verandert de uitkomst niet. Dus, als een moslim sterft in Dar al-Harb, zijn erfgenamen in Dar al-Islam zijn erfgenamen.

Landenverschil vormt een hindernis voor de erfenis van niet-moslims. Een niet-moslim onder Islamitische jurisdictie kan bijvoorbeeld geen erfgenaam zijn van een verwant die onder buitenlandse jurisdictie valt. Hierbij gaat het om erfenis…

Volgens de Maliki-, Hanbali- en Zahiri-rechtsscholieren vormt een verschil in onderdanigheid geen enkele belemmering voor erfenis.

Van deze belemmeringen zijn het doden van de erflater en slavernij eenzijdig. Zij kunnen zelf niet van een ander erven, maar een ander kan wel van hen erven. Daarnaast zijn er nog andere belemmeringen, zoals het onmogelijk zijn om de sterfdatum van de erflater te bepalen en het onbekend zijn wie de erfgenaam is.

(Şamil İ.A., Directeur Erfenis)


Met vrede en gebed…

Islam in vraag en antwoord

Laatste Vragen

Vraag Van De Dag