– Wat moeten we begrijpen van de uitspraken van heiligen zoals Shah-i Naqshbandi (ks), die zichzelf zelfs lager beschouwden dan dierlijke uitwerpselen?
– Iemand met sociale fobie beschouwt zichzelf ook als waardeloos in vergelijking met alle andere mensen.
– Het lezen van de verhalen over heiligen versterkt dit geloof alleen maar. Hij denkt dat de religie wil dat hij zichzelf als waardeloos beschouwt. Omdat hij zichzelf als waardeloos ziet, voelt hij zich onzeker in de aanwezigheid van anderen, bloost hij, schaamt hij zich en geeft hij toe wanneer hij onrecht wordt aangedaan.
– Wat is hier nu eigenlijk aan de hand?
Beste broeder,
Niet elke houding en elk gedrag van ouders kan als leidraad voor ons dienen, want
Er is niemand onschuldig behalve de profeten.
Zelfs inspiratie en wonderen kunnen door bepaalde fouten verkeerd zijn. Daarom zijn de leiders van de gelovigen niet de openbaringen van de heiligen, maar de leringen die de rechtgeaarde gelovigen uit de Koran en de Sunna hebben opgedaan. Dus,
De leiding van de vier grote imams, de onderzoekende geleerden en de mujtahids is van essentieel belang.
– Als het zo zit, dan kunnen de persoonlijke gevoelens en overtuigingen van een ouder geen leidraad zijn.
Het is nuttig om deze kwestie vanuit het perspectief van Bediüzzaman te bekijken:
„De veroveringen van Mekka“
eigenaar Muhyiddin-i Arab (ks) en
„De volmaakte mens“
Ze spreken over de beroemde heiligen, zoals Seyyid Abdülkerim (ks), de auteur van een beroemd boek, en over de zeven lagen van de aarde, de Witte Aarde achter de Kaafberg en het wonderlijke Meşmeşiye, zoals het in de Fütuhat wordt genoemd;
„hebben we gezien“
zeggen ze. Is wat ze zeggen wel waar? Als het waar is, terwijl deze plaatsen niet eens bestaan. Bovendien kunnen de geografie en de wetenschap hun beweringen niet accepteren. Als het niet waar is, hoe kunnen zij dan heiligen zijn? Hoe kan iemand die zulke onjuiste en onwaarachtige dingen zegt, een volgeling van de waarheid zijn?
Antwoord:
Zij zijn degenen die de waarheid en de rechtvaardigheid kennen; zij zijn tevens degenen die de wil van God kennen en de waarheid hebben gezien. Wat zij hebben gezien, hebben zij juist gezien, maar omdat zij in de staat van visioen en waarneming, die niet volledig is, en net als bij dromen, geen recht hebben om hun visioenen te interpreteren, zijn hun oordelen gedeeltelijk onjuist. Zoals iemand die een droom droomt zijn droom niet zelf kan interpreteren, zo kunnen ook diegenen die de waarheid en de rechtvaardigheid kennen, hun visioenen in die staat niet zelf interpreteren. Diegenen die ze zullen interpreteren, zijn de „asfiya“, de erfgenamen van het profetenchap. Natuurlijk, wanneer diegenen die de waarheid en de rechtvaardigheid kennen, het niveau van de „asfiya“ bereiken, zullen zij, met de leiding van de Koran en de Sunna, hun fouten begrijpen en corrigeren; en dat hebben zij ook gedaan. (…)”
„Dus:“
De onvolledige ontdekkingen van een deel van de volgelingen van de heiligen, die alleen op hun waarnemingen vertrouwen, komen niet in de buurt van de waarnemingen van de zuiveren en onderzoekers die de erfenis van de profeten hebben, maar van de Koran en de openbaring, en hun oordelen over de verborgen maar zuivere, omvattende en ware geloofszegels. Dus de maatstaf voor alle toestanden, ontdekkingen, smaken en waarnemingen is de Koran en de Sunna. En de toetsstenen zijn de heilige wetten van de Koran en de Sunna en de wetten van de zuiveren en onderzoekers.
(Mektubat, blz. 81, 83)
– Volgens de Koran en de Sunna is hoogmoed slecht, terwijl de schijnbaar vergelijkbare eigenschap van waardigheid goed is. Vernedering en pessimisme zijn slecht, terwijl de schijnbaar vergelijkbare eigenschappen van bescheidenheid en nederigheid goed zijn. Smalzorg is slecht, terwijl de schijnbaar vergelijkbare eigenschap van spaarzaamheid en zuinigheid goed is.
De waarderingscriteria kunnen hierbij per plaats verschillen.
Bijvoorbeeld:
„Als de plaats van de eigenschappen verandert, verandert hun aard.“
Een eigenschap… de plaats verschilt, het uiterlijk is hetzelfde. Soms een reus, soms een engel, soms rechtvaardig, soms gelukkig; voorbeelden hiervan zijn:
Wat bij de zwakken als zelfrespect wordt beschouwd, is bij de sterken, indien het overdreven is, arrogantie en hoogmoed.
Een eigenschap die als bescheidenheid wordt beschouwd wanneer een sterke tegenover een zwakke staat, is, indien de zwakke de sterke is, vernedering en hypocrisie.
Een persoon met gezag is, wanneer hij in zijn functie is, serieus en waardig; zijn bescheidenheid is vernederend.
„Als bescheidenheid in zijn huis heerst, is arrogantie zijn vijand.“
(Woorden, blz. 724, 725)
Kortom:
Dat heiligen zichzelf als waardeloos en onbeduidend beschouwen in vergelijking met God, is een goede eigenschap. Maar het is niet voor iedereen van gelijke waarde. Want elementen zoals intenties, plaatsen, gesprekspartners en posities –
zoals hierboven vermeld
– er is sprake van variatie.
Met vrede en gebed…
Islam in vraag en antwoord