Beste broeder,
Onze wil inzetten in de richting van het verlangen naar bestaan, brengt ons in de richting van het absolute bestaan.
Wanneer we onze wil inzetten voor hetgeen niet bestaat, dan verlangen we naar een relatieve afwezigheid, aangezien er geen absolute afwezigheid bestaat.
In dit geval bevinden de existentie van God, als het absolute wezen, en de existentie van wat Hij heeft geschapen, zich in een tegenstelling tot onze relatieve nietigheid. Een dergelijke absolute zwaarte kan onze relatieve nietigheid echter niet dragen.
Stappen die in deze richting worden ondernomen, brengen ons daarom in een lastige positie.
Ondanks de wil tot bestaan van het absolute en alle entiteiten, keert onze wil tot relatieve niet-bestaan zich tegen ons als een grote bron van lijden. Zelfs als we weer willen bestaan, keert onze wil, die we eerder in het voordeel van onze niet-bestaan gebruikten, zich tegen ons en creëert een onoplosbare impasse.
Het moet niet vergeten worden dat het verzet tegen de wil van ons lichaam, en al zijn leden, onderdelen en zelfs de kleinste deeltjes, die naar bestaan verlangen, een contradictie en een vorm van zelfonderdrukking is.
Dat God ons zou vragen of we al dan niet bestaan wilden voordat Hij ons schepte, is een contradictie. Het is net zo absurd als een schilder die zijn schilderij vraagt of het wil bestaan voordat hij het schildert.
De vraag zou eigenlijk anders geformuleerd moeten worden. De dag van gisteren en het uur van morgen zijn niet in onze handen. Hoe kan onze tussenpositie tussen twee nieten, die we bestaan noemen, als bestaan worden beschouwd?
We moeten dus proberen om werkelijk te bestaan, om uit te stijgen boven de vergankelijkheid van de tijd en de wervelingen van onze minuscule wereld. God is de bezitter van het eeuwig verleden en de eeuwigheid. Het ware bestaan behoort Hem toe. Het absolute geluk is bij Hem. Ons leven en ons bestaan, dat slechts een flikkerende kaars is, bestaat zonder Hem niet in de grote stormen van dit universum. Wie de hoop op God, Zijn onvergelijkelijke genade en goedheid, heeft opgegeven en zich van het geloof in Hem heeft afgekeerd, heeft zich afgekeerd van het absolute wezen.
We moeten niet vergeten dat er geen absolute afwezigheid is. Zulke gedachten zijn een test die ons laat zien wie we werkelijk zijn.
Daarom moeten we, in het licht van onze ellendige situatie, onze Heer als barmhartig beschouwen, ons met oprechte berouw tot Hem wenden en Hem als onze steunpunt beschouwen.
Met vrede en gebed…
Islam in vraag en antwoord