„O mijn Heer!“ zei hij, „ik vlucht bij U voor het verzoeken van iets waarvan ik geen zekerheid heb. Want als U mij niet vergeeft en genade over mij niet schenkt, zal ik tot de verliezers behoren.“ (Hud 47) Kan u deze aya uitleggen?
Beste broeder,
„Noach bad tot zijn Heer en zei:
O mijn Heer! Mijn zoon is ongetwijfeld ook van mijn familie. Uw belofte is zeker waar. U bent de opperste rechter.
(Hud, 11/45)
“
Noach zei:
O mijn Heer! Ik vlucht bij U voor het verzoeken van wat ik niet ken. Want als U mij niet vergeeft en genade schenkt, zal ik tot de verliezers behoren!
(Hud, 11/47)
Zoals in de Koran staat beschreven, luisterde de zoon van profeet Noach niet naar hem en stapte niet op het schip.
„Ik klim op een hoge berg en ben bevrijd.“
had hij gezegd. Maar toen de zondvloed losbrak, werden de bergen ook door het water verzwolgen, en onderwijl verging de zoon van Noach tussen de golven. Noach, vrede zij met hem:
„Laad de leden van zijn familie en de gelovigen aan boord van het schip, behalve degenen wier ondergang wij reeds hebben besloten.“
(zie Hud, 11/40)
gebaseerd op de volgende aya,
„O mijn Heer, Uw belofte om mijn familie niet te vernietigen is waar.“
en verklaarde dat hij bedroefd was over het verdrinken van zijn zoon. God de Almachtige antwoordde hem hierop in de volgende vers:
„Allah zei:
O, Noach, hij behoort niet tot jouw familie. Want hij is een slecht mens. Vraag mij dus niet om iets wat je niet weet. Ik geef je dit advies, opdat je niet tot de onwetenden behoort.“
(Hud, 11/46)
Omschrijving:
O Noach, uw zoon die verdrinkt, behoort niet tot uw familie, aan wie Ik de redding heb beloofd. Want hij heeft een onrechtvaardige daad verricht. En zo…
hij/zij is niet langer van jou.
Ik heb je verteld waarom ik je zoon heb gedood. Vraag me voortaan niet om iets wat je niet weet. Ik raad je aan om geen onwetende te zijn.
De exegeten hebben deze aya op verschillende manieren uitgelegd. Volgens sommigen luidt de uitleg van deze aya als volgt:
„O Noach, dit is niet jouw zoon. Want zijn ongehoorzaamheid aan jou heeft hem uit jouw zoonchap verwijderd. Want wat hij deed, was geen rechtvaardige daad.“
Volgens sommigen betekent dit:
„O Noach, hij behoort niet tot de leden van jouw familie die verlost zullen worden. Want al zijn daden zijn onrechtvaardig. Dat wil zeggen, hij zelf is tot een onrechtvaardige daad geworden.“
Sommige exegeten hebben deze aya als volgt uitgelegd:
„O Noach, uw zoon die verging, behoorde niet tot de familieleden die verlost zouden worden. Uw probleem is dus geen goede daad. Want u had de ongelovigen eerder opgeroepen om de aarde niet als hun thuis te beschouwen. Hij was een van de ongelovigen en daarom behoorde hij tot degenen die verdrinken.“
„Noach zei:
O mijn Heer, ik vlucht bij U voor het verzoek om iets waarvan ik de ware aard niet ken. Want als U mij niet vergeeft en mij niet genade schenkt, zal ik tot de verloren gelden behoren.
Toen Noach zich realiseerde dat hij een fout had gemaakt door te vragen waarom zijn zoon niet gered was, smeekte hij zijn Heer: „O mijn Heer, ik vlucht bij U voor het stellen van vragen over zaken waarvan ik de ware aard niet ken. Als U mij niet vergeeft voor deze fout en mij niet genade schenkt, zal ik zeker tot de verloren gelden.“ (1)
1) Zie Abu Ja’far Muhammad ibn Jarir at-Tabari, Tabari Tefsiri, Hisar Yayınevi: 4/494.
Met vrede en gebed…
Islam in vraag en antwoord