In de Koran worden offerdieren onderverdeeld in offerdieren met en zonder halsband. Wat is de wijsheid achter deze indeling?

Antwoord

Beste broeder,


“God heeft de Kaaba, het Heilige Huis, de maand die gerespecteerd wordt, de offerdieren die aan de Kaaba worden aangeboden en met een ketting om de nek worden versierd, tot een middel gemaakt voor orde in het religieuze en wereldse leven van de mensen. Dit is zodat jullie weten dat God alles weet wat er in de hemelen en op aarde is, en dat God alles volkomen kent.”


(Maide, 5/97).

In deze aya wijst Allah op het universele aspect van de hadj en benadrukt Hij de voordelen ervan, zowel materiële als spirituele, voor de mensheid, en vestigt Hij de aandacht op de wijsheid erachter. De vraag in…

„met een halskraag“

omdat het woord betrekking heeft op het materiële gebied, wordt het in de volgende vers uit de Koran uitgelegd:



„als een middel tot orde voor het religieuze en wereldlijke leven van de mens is aangemerkt“

verklaart:


a. Via deze middelen

Ten eerste:

Het is de aanwezigheid van de eerbiedwaardige Kaaba.

Terwijl in die tijd overal banditisme, onderdrukking en overvallen aan de orde van de dag waren, was Mekka, de stad waar de Kaaba zich bevindt, een zeer veilige plek. Zowel de inwoners van Mekka als degenen die Mekka vanuit andere gebieden bezochten om de Kaaba te bezoeken, werden overal met respect en waardering ontvangen.


b.

Ten tweede;

de heilige maanden.

De Arabieren leefden voortdurend in oorlog en conflict. Ze waren altijd bang voor elkaar en leefden in angst. Dankzij de vier heilige maanden die God heeft aangewezen, konden ze elk jaar minstens vier maanden rustig hun zaken doen en hun jaarlijkse behoeften veilig voorzien.


c.

Ten derde;


(zonder halsband)

zijn eerbiedwaardige slachtoffers.

De offerdieren zijn een economisch en voedingssymboliek die door degenen die de Kaaba bezoeken, naar Mekka worden gebracht en daar geslacht moeten worden. Dankzij hen vonden arme mensen een belangrijke bron van levensonderhoud.


d.

Ten vierde;





Het zijn slachtoffers van de kettingband.

Het verschil met andere offerdieren is dat deze meestal in de verboden maanden werden aangeboden en dat niemand ze aanraakte omdat ze in verband met de bedevaart naar Mekka werden gebracht.


Offeranden aan de halsketting

Zelfs als ze buiten de maanden van de Haram of de Hadj werden gezien, werden ze niet gehinderd, omdat ze bekend stonden als een symbool van de reis naar de Kaaba. Zowel de kameel zelf als de eigenaar waren in grote veiligheid. Een Arabier zou liever van honger sterven dan een kameel met een halsband/een offerdier te eten.

(zie Râzî, XII, 87-88),


Met vrede en gebed…

Islam in vraag en antwoord

Laatste Vragen

Vraag Van De Dag