Heeft onze profeet een wonder verricht waarbij hij doden tot leven wekte?

Vraagdetails

Heeft de Profeet een wonder verricht waarbij hij doden tot leven wekte? Kunt u mij informatie geven over de bronnen en de betrouwbaarheid van deze overleveringen?

Antwoord

Beste broeder,


Antwoord 1:

De wonderen van onze Profeet (vrede zij met hem) met betrekking tot de wederopstanding van de doden:


„Ten eerste:

Hasan Basri, een belangrijke en trouwe leerling van Imam Ali en de belangrijkste leider van de geleerden van de Zahir en Batin in de tijd van de Tabi’in, vertelt dat een man bij de Profeet Mohammed (vrede zij met hem) kwam, huilend en klagend. Hij zei:

„Ik had een klein dochtertje. Ze is gestorven in die rivier hier vlakbij, en ik heb haar daar weggegooid.“

De Profeet Mohammed (vrede zij met hem) had medelijden met hem. Hij zei tegen hem:

„Kom, we gaan daarheen.“

Ze gingen weg. De Profeet Mohammed, vrede zij met hem, riep de overleden dochter terug.

„O, Fulan!“

zei hij. Opeens, dat overleden meisje


„Lebbek en Sa’dek!“


zei hij. De Boodschapper van Allah, vrede en zegeningen zij met hem, heeft gezegd:

„Wil je weer bij je vader en moeder komen?“

Hij zei:


„Nee, ik heb iets beters gevonden dan dat.“


(Qadi Iyaz, al-Shifa, 1:320; Hafaji, Sharh al-Shifa, 3:106)


Ten tweede:

Enkele belangrijke imams, zoals Imam Baihaqi en Imam Ibn Adi, overleveren een verhaal van Anas ibn Malik, die zei: Er was een oude vrouw die maar één zoon had, en die overleed plotseling. Die vrome vrouw was erg bedroefd. Ze zei:

„O God! Ik ben hierheen gekomen om te migreren en om de beloften en diensten van de Profeet Mohammed, vrede zij met hem, te verrichten, in het belang van Uw genade. Vergeef mij, omwille van die Profeet, mijn enige kind, dat de rust in mijn leven zal verzekeren.“

Enes zegt:


Die dode man stond op en at met ons mee.


(Qadi Iyaz, as-Sifa, 1:320; Ibn Kathir, al-Bidayah wan-Nihayah, 6:292)

Hier is het fragment uit de Kaside-i Bürde van Imam-ı Busirî dat naar dit wonderlijke voorval verwijst en het beschrijft:



„Als de tekenen zijn grootheid en aanvaardbaarheid in overeenstemming met zijn rang hadden aangetoond, zouden niet alleen de pas overledenen, maar misschien zelfs de verrotte botten in zijn naam weer tot leven gebracht kunnen worden.“


De derde gebeurtenis:

Vooral overleveringen van Imam Baihaqi, zoals die van Abdullah ibn Ubeydullah al-Ansari, vertellen dat Abdullah zei: „Ik was aanwezig toen Saabit ibn Kays ibn Shammas sneuvelde in de Slag bij Yamama en we hem begroefden. Terwijl we hem in het graf legden, hoorde ik plotseling een stem van hem komen:“

„Mohammed is de boodschapper van God. Abu Bakr is de Waarachtige. Omar is de martelaar. En Osman is de barmhartige en weldoener.“

zei hij. Toen openden we hem en zagen we dat hij dood en levenloos was! Op dat moment, nog voordat Omar het kalifaat overnam, verkondigde hij zijn martelaarschap. (zie Kadı Iyâz, eş-Şifâ, 1:320; Ali el-Kari, Şerhu’ş-Şifâ, 1:649; İbni Kesîr, el-Bidâye ve’n-Nihâye, 6:157-158)


De vierde gebeurtenis:

Ibn Tabarani en Abu Nuaym melden in Delâil-i Nübüvvet, overgeleverd door Numan ibn Bashir, dat Zayd ibn Haritha plotseling in de markt viel en overleed. We brachten hem naar huis. Tussen de avond- en nachtgebeden, terwijl de vrouwen om hem heen rouwden, gebeurde er plotseling…


„Ensıtû, ensıtû – Stilte“


zei hij. Vervolgens, in een vloeiende taal,


„Mohammed is de boodschapper van God; vrede zij met u, o boodschapper van God“


Hij sprak nog even, en toen zagen we dat hij dood was. (Ibn Kathir, al-Bidaya wan-Nihaya, 8:291 (verschillende overleveringen); al-Haythami, Majma‘ az-Zawaid, 5:179-180, twee verschillende overleveringen)

Als de levenloze stoffen resten zijn boodschap bevestigen, maar de levenden dat niet doen, dan zijn die levenden zeker levenlozer dan de levenloze en doodlijker dan de doden! (zie Said Nursi, Mektubat, Negentiende Brief)


Antwoord 2:


Eerste incident:

Al-Kari’s mening hierover is als volgt:

“De oorspronkelijke overlever van deze overlevering van Hasan al-Basri is onbekend. Maar ik (Kari) heb een soortgelijke overlevering gezien in de Delail van Baihaqi. Zoals volgt: De Profeet nodigde een man uit tot de islam. De man zei: “Ik zal niet in jou geloven voordat je mijn dochter tot leven wekt.” De Profeet zei: “Toon me haar graf.” De man toonde het hem. De Profeet ging naar het graf van de dochter en riep: “O Fulane/O Zo-en-zo!” (bij haar naam). De dode dochter antwoordde: “Labbayka wa sa’dayka!” De Boodschapper van Allah vroeg: “Wil je terugkeren naar de wereld?” De dochter zei: “O Boodschapper van Allah! Ik wil het echt niet. Want ik heb gezien dat de nabijheid/bescherming van Allah beter is dan die van mijn ouders. En ik heb gezien dat het hiernamaals beter voor mij is dan de wereld.” (zie Aliyyu’l-Kari, Sharh al-Sifa, Beyrouth, 1421, 1/650-651)”

– Dezelfde wonderbaarlijke gebeurtenis wordt ook in andere bronnen genoemd. (zie al-Kastalaani, al-Mawaahibu’l-Ladunniyya, Caïro, n.d., 2/296)

Al-Kari vermeldt in dit verband ook dat de Profeet, -in het huis van Jabir- de botten van het schaap dat hij met zijn metgezellen had gegeten, bijeenbracht en -met Gods toestemming- tot leven wekte. (zie ibid.)


Het Tweede Incident

– Ibn Kathir heeft in zijn werk melding gemaakt van drie overleveringen over dit onderwerp. (al-Bidāyah wa’n-Nihāyah, 6/171, 291, 323)

– Deze overlevering, die als eerste bron wordt beschouwd, is volledig met bronvermelding overgeleverd in het werk „Men Aşe Bade’l-Mevt/Degenen die na de dood weer tot leven kwamen“ (Beirut, 1413, 1/12) van Ibn Abiddunya. Deze gebeurtenis wordt er tweemaal in vermeld: eenmaal overgeleverd via Anas ibn Malik en eenmaal via een andere overlever. De bovengenoemde geleerden hebben hierop vertrouwd en het in hun werken opgenomen.

– Baihaqi vermeldt ook drie overleveringen, allemaal overgeleverd via Anas ibn Malik, met een volledige overleveringsketen. (zie Baihaqi, Delailu’n-Nubuwwa, 6/50, 51, 52)

We hebben niet alleen geen tegenstanders van deze overlevering kunnen vinden, maar ook niemand die deze kritisch heeft beoordeeld.


De derde gebeurtenis:

Ibn Kathir, overleverend uit Baihaqi (Delail, 6/58), meldde dat er authentieke overleveringen zijn over mensen die na hun dood spraken. (zie Ibn Kathir, Ibn Kathir, al-Bidaya wan-Nihaya, 6/174-175)

In sommige van deze bronnen wordt vermeld dat dit incident plaatsvond tijdens de Slag bij Yemame, terwijl andere bronnen de Slag bij de Kameel of Siffin aanwijzen. Beyhaqi vermeldt inderdaad twee verschillende versies die beide locaties noemen. (agy)


De vierde gebeurtenis:

Al-Bayhaqi heeft verklaard dat de overlevering die hij over dit onderwerp heeft overgeleverd, „sahih“ (betrouwbaar) is. Hij heeft ook enkele andere overleveringen opgenomen die dit ondersteunen. (zie Delail, 6/55-56)

– Ook Bukhari bevestigt dit verhaal kort en vermeldt het in zijn geschiedenis, door te zeggen: „Zayd ibn Haritha behoort tot degenen die sterven tijdens het bewind van Othman en na hun dood spraken.“ (et-Tarihu’l-Kebir, 3/383)


Met vrede en gebed…

Islam in vraag en antwoord

Laatste Vragen

Vraag Van De Dag