Beste broeder,
„Een overspelige man zal alleen met een hoer of een afgodische vrouw willen trouwen, en een hoer zal alleen met een overspelige man of een afgodische man willen trouwen. Een dergelijk huwelijk is voor de gelovigen verboden.“
(Nur, 24/3)
Er bestaat onder geleerden verdeeldheid over de betekenis van de regel in het betreffende vers.
Volgens sommige geleerden is het, zoals in de Koran staat vermeld, haram om met een overspelige vrouw of man te trouwen. De bewijzen hiervoor zijn enkele hadith-overleveringen die hieronder worden vermeld. Zo heeft de Profeet (vrede zij met hem) volgens een hadith-overlevering gezegd:
„Een vrouw die geseling heeft ondergaan, kan alleen maar met iemand trouwen die hetzelfde heeft meegemaakt.“
(Abu Dawud, Nikah, 4; Ahmed b. Hanbel, II/324).
Volgens een overlevering van Ahmad ibn Hanbal en at-Tabarani, antwoordde de Profeet (vrede zij met hem) op de vraag van een man die met een vrouw die overspel had gepleegd wilde trouwen:
„Een vrouw die overspel pleegt, mag alleen trouwen met een man die ook overspel pleegt, of met een afgodendienaar.“
Hij las de volgende aya voor: Heythami zei dat de overlevering van Ibn Hanbal authentiek was.
(zie Mecmau’z-Zevaid, VII/73-74)
.
Volgens andere geleerden is deze regelgeving neergedaald over specifieke personen en is de regelgeving alleen voor hen van toepassing.
Het is dus niet verboden om met iemand te trouwen die overspel heeft gepleegd, maar het is wel onwenselijk.
Volgens een andere groep geleerden is deze aya later ingetrokken en is ze abrogatoir. Zoals Sa’id ibn Musayyab meldde, is de regel van deze aya…
„Geef de alleenstaanden onder jullie in het huwelijksbootje.“
(An-Nuur, 24/32)
en
„Neem vrouwen tot vrouw die voor u wettig zijn.“
(Nisa, 4/3)
Het is overgeleverd dat het met deze verzen werd gezongen en deze mening heeft aan populariteit gewonnen. De imams van de verschillende stromingen hebben deze mening ook gesteund.
(zie Kurtubî, Ibn Aşur, commentaar op het betreffende vers).
Volgens de door Razî geprefereerde opvatting wordt in de aya de stijlfiguur tağlīb gebruikt. Dat wil zeggen, zoals rechtvaardige mensen over het algemeen met rechtvaardige mensen willen trouwen, zo willen ook goddeloze en zondige mensen met goddeloze en zondige mensen trouwen. Anders gezegd, hoewel het voor een rechtvaardige man af te raden is om met een vrouw te trouwen die overspel heeft gepleegd, is het niet verboden.
(Voor meer informatie, zie Razî, de uitleg van het betreffende vers).
Al-Baydawi deelde dezelfde mening en verklaarde dat deze aya werd geopenbaard toen sommige arme moslim-emigranten wilden trouwen met prostituees die hen in hun levensonderhoud hielpen (Al-Baydawi, uitleg van de betreffende aya).
Wat dit betreft.
Wie Turkse uitlegteksten wil raadplegen, wordt aangeraden de uitlegtekst van Hamdi Yazır te bekijken. Daar wordt -met behulp van verschillende bronnen van uitlegteksten- uitgebreide informatie gegeven.
Een punt dat volgens ons niet vergeten moet worden, is dat:
De regel die in de betreffende aya wordt genoemd en waarover de geleerden verschillende meningen hebben, heeft betrekking op degenen die daadwerkelijk overspel plegen. Zoals in de aya staat:
„die overspel heeft gepleegd“
wordt niet gezegd,
„overspelige“
wat betekent
„overspelige/overspelige“
Zoals gezegd. Deze woorden, die in de vorm van een werkwoordelijk bijvoeglijk naamwoord staan, duiden door de grammaticale regels – omdat ze ook de tegenwoordige tijd omvatten – op volharding en continuïteit, aangezien het naamwoorden zijn. Het doel is dus te benadrukken dat het niet wenselijk is om te trouwen met iemand die – nog steeds – volhardt in overspel en het daadwerkelijk blijft plegen. Anders gezegd, als iemand berouw heeft betoond en door God vergeven is, is er geen reden om niet met hem of haar te trouwen.
Zoals in de verzen benadrukt wordt, is het niet juist om te trouwen met iemand die een afgod aanbidt, net zoals het niet juist is om te trouwen met iemand die overspel pleegt.
„Afgodendienaar“
Het woord [naam van het woord] duidt eveneens op standvastigheid en continuïteit. Dit betekent dat het haram is om met iemand te trouwen zolang diegene in shirk (het aanbidden van andere goden naast Allah) blijft. Het is niet mogelijk te zeggen dat het haram is om met een polytheïst te trouwen nadat diegene is bekeerd en moslim is geworden. Sterker nog, het is een feit dat veel polytheïsten zijn bekeerd en met moslims zijn getrouwd.
“De daden worden beoordeeld naar de intenties. Iedereen heeft een doel voor ogen. Wie dus migreert omwille van Allah en Zijn Boodschapper, dan is zijn migratie tot Allah en Zijn Boodschapper. Wie echter migreert omwille van wereldse goederen of om een vrouw te trouwen, dan is zijn migratie tot datgene waarvoor hij migreerde.”
(Bukhari, Nikah, 5; Muslim, Imaret, 155)
Als reden voor het overleveren van de hadith met deze betekenis wordt het volgende verhaal overgeleverd:
Nadat de Profeet (vrede zij met hem) naar Medina emigreerde, volgden de moslims hem. Een van degenen die emigreerden was een vrouw genaamd Umm Kays. Een man die met haar wilde trouwen, vroeg haar:
„Als je niet emigreert, ga ik niet met je trouwen.“
Toen hij dat hoorde, emigreerde hij om met haar te trouwen en trouwden ze in Medina. Terwijl iedereen emigreerde om de gunst van God en de Profeet te winnen, was de intentie van deze persoon, die uitsluitend emigreerde om met Umm Kays te trouwen, voor iedereen duidelijk, en daarom werd hij Umm Kays‘ Muhajir genoemd.
„De migrant van de moeder van Kays“
hij/zij heeft een bijnaam gekregen
(zie Ibn Hajar, Fethu’l-Bari, 1/10).
Ook was er een moslim genaamd Mersed b. Mersed, die een voor-islamitische geliefde had, en
„die nog steeds prostituee is“
Er zijn overleveringen die vertellen dat deze aya werd geopenbaard toen hij met een vrouw genaamd ANAK wilde trouwen.
(zie Tirmizi, 25 / tefsir van soera an-Noer).
Deze overlevering van de hadith toont aan dat de betreffende bepaling van de aya betrekking heeft op mensen die doorgaan met overspel en goddeloosheid.
– Iemand die met een vrouw wil trouwen die zich bekeerd heeft – vooral als hij de intentie heeft haar te beschermen en haar niet op straat te laten stromen – verdient naar onze mening geen zonde, maar verdienste.
Met vrede en gebed…
Islam in vraag en antwoord